Eerste test: Alfa Romeo Giulia geeft weer hoop
Zelden heeft een automerk zo in het slop gezeten, en toch ziet de toekomst van Alfa Romeo er zondermeer hoopgevend uit. Niet in de laatste plaats door deze Alfa Romeo Giulia.
Ziel
Wat ging er dan zoal mis in de afgelopen anderhalve decennia? Tja, wat eigenlijk niet? General Motors was een tijdje strategisch partner van de Italiaanse club, wilde geld verdienen, dus zocht rendement en verkwanselde vervolgens de roemrijke merkwaarden van Alfa. Het veelvuldig delen van componenten met andere modellen binnen de GM-stal ontnam Alfa zijn ziel. Een niet geringe financiële wereldstorm daarna hielp niet echt, en toen het Fiat-concern waartoe Alfa Romeo behoort lancering van nieuwe modellen maar blééf uitstellen, leek Alfa langzaam in een terminale fase te belanden. Totdat de grote verlosser op de burelen klom, Sergio Marchionne. Hij revitaliseerde de boel en werkte een strategie uit met als basis ‘terug naar de oorsprong’. Of zoals hij zelf zei: “Een Alfa moeten rijplezier bieden. En daarom dus achterwielaandrijving hebben.” En zie daar: een nieuwe Alfa Romeo Giulia, met voorwielen die sturen en achterwielen die de kracht verdelen.
“Een lange houdbaarheid creëert een lange verkoopbalans”
Alfa-welvingen
Precies dat wat BMW in de 3 Serie biedt. Met een vertrek-prijs van 39.450 euro voor de 200 pk sterke 2.0T (inclusief een achttrapsautomaat), en de 39.950 euro kostende 2.2 diesel (136 pk) zijn de basisprijzen prima voor elkaar. Het design dan? Ook zijn voorgangers, de 156 en de 159 hadden die typerende, organische Alfa-welvingen. Maar op een of andere manier komt het in de Giulia beter tot z’n recht. Een lage neus, voorzichtig gemeen kijkende lichtunits (wel xenon, geen led), die je blik rustig via de gestileerde zijkant, met mooi geprononceerde en geïntegreerde zijskirts naar de achterkant leiden.
Inwisselbaar
Die kont lijkt wat inwisselbaar en heeft zeker ook wat weg van de bilpartij van een Maserati Ghibli. Maar wetende dat de Giulia wereldwijd in de verkoop gaat, zelfs in de Verenigde Staten, was het van belang dat het uiterlijk niet extreem in het oog springend zou zijn. Een lange houdbaarheid creëert een lange verkoopbalans. Althans, zo is de gedachte.
Balans
Over balans gesproken, van alle kilo’s leunt telkens de helft op de voorwielen, de rest op de achterwielen. Een perfecte gewichtsverdeling dus. En da’s een belangrijk ingrediënt voor fijn rijgedrag. Dat de besturing wat aan de lichte kans is, zullen sommigen weten te waarderen, maar de echt fanatieke rijder vraagt meer ‘zwaarte’ in het stuur. Precisie zit er genoeg in. Naar keus levert Alfa de Giulia met een handgeschakelde zesbak of een erg fijne achtrapsautomaat van fabrikant ZF. Die laatste verdient de auto zeker, niet in de laatste plaats omdat de diesel in de versie met handbak wat rumoerig is. Op snelheid weet de Giulia te imponeren met zijn comfortlevel; hij is stil, heeft een gerieflijk afrolcomfort en een mooi, progressieve veerkarakter. Hoewel de Giulia ontegenzeggelijk de typering sportsedan mag dragen, rolt hij niet op een knalhard onderstel.
21% bijtelling
Als de Giulia eind juni bij de dealers staat, zul je er geen 2.0T treffen. Die variant komt ergens laat in september. In die versie hangt een licht opzwepend klinkende nieuwe viercilinder. Een lekkere motor, die vooral de privérijder zal moeten aanspreken. Met enkele versies die dit jaar in de 21 procent-bijtellingscategorie vallen kan de Giulia diesel best uitgroeien tot een geliefde leasebak.
Liefhebber
Het is een auto waar de liefhebber van autorijden met een lach op z’n gezicht kilometers in maakt. Hij is achterin niet de ruimste, en hopelijk weet Alfa de bouwkwaliteit van de klantenauto’s naar een hoger level te tillen dan de eerste pré-productiemodellen, maar in zijn totaliteit weet de nieuwe Giulia indruk te maken. Als sportsedan, met een mooie lijn aan motoren, als designhoogtepunt, als goed ontwikkelde rijdersauto en als auto van een fabrikant die zulke ontzettend mooie merkwaarden heeft.
Review Giulia diesel en Quadrofoglio
Lees ook:
Ook interessant
-
Je raadt nooit welk merk deze Abarth 124 Spider bouwde
-
De Aston Martin Vantage is nu volwassen, maar niet minder speels
-
Nieuw Frans merk toont plots een van de goedkoopste elektrische auto’s
-
BMW M4 CS vs. Ford Mustang Dark Horse: welke is de beste?
-
Rob bouwde een ultieme sleeper: Nissan Figaro met turbo!
-
De Mini Clubman is zo gek als een deur | Sjoerds Weetjes 425
-
Hardcore sportwagens: Honda S2000 vs. Opel Speedster
-
De BMW M5 Touring is niet voor de poes (en hond)
-
Rijtest alle Lamborghini V12’s: is de nieuwe Revuelto net zo goed?
-
Waarom de Ford Focus CC Pluvius haat | Sjoerds Weetjes 424
-
Hierdoor is de Mini Aceman een verrassend speelse crossover
-
Waarom de Ford Capri de Johan Derksen in ons bovenhaalt