Jaco Bijlsma Column 30 nov 2021, 16:55

Leestijd: 2 minuten

Column Jaco Bijlsma: pretentieloze paarden

In elk nummer van Autovisie magazine lucht hoofdredacteur Jaco Bijlsma in het voorwoord zijn hart. Ditmaal gaat het over pretentieloze paarden als de Fiat Panda en Skoda Yeti.

Autoliefhebberij is een complexe hobby, die zoals alle guilty pleasures altijd een beetje gebukt gaat onder de visie van de grote, boze buitenwereld, of dichterbij: de mening van je vrouw, vriend, vriendin, familielid of collega. Want wat je autovrienden mogelijk begrijpen, snappen zij totaal niet. Boosdoener is vaak het imago van een auto. Als ik bijna lyrisch betoog hoe functioneel een Fiat Panda al generaties lang is, kijkt mijn vriendin me meewarig aan en heeft ze liever niet dat ik aandacht vraag voor zoiets tijdens een feestje. Stiekem zou ze zich dan een beetje voor me schamen.

Stoer verhaal

Ook mijn vrienden die geen warme gevoelens hebben bij onze heilige koe, zie ik afhaken als ik zo’n (te) gewone auto mijn liefde verklaar. Een stoer verhaal over een Porsche of Ferrari of zelfs een Audi of BMW en zelfs een Volkswagen snappen ze nog wel, maar een Fiat Panda…? Ben je nou serieus of neem je me in de maling, zie ik ze in zulke situaties denken.

En dat doet me dan toch een beetje pijn, terwijl ik toch genoeg eelt op mijn autoziel heb ontwikkeld gedurende mijn autoleven. Want het is zo kortzichtig om zo’n bewonderenswaardig concept puur op imago of typenaam af te fakkelen. De Dacia Duster is daar een goed voorbeeld van. Als ik het woord Duster al uitspreek, is het commentaar niet van de lucht: ‘belachelijke naam’ en ‘ziet er niet’ uit zijn de meest gehoorde kritieken. Terwijl ik me waag af te vragen hoe er over deze dappere Dacia gedacht zou worden als er Peugeot of Ford op had gestaan.

Duster

Afkomst en familienaam zijn ook in autoland nog steeds een last die sommige modellen maakt of breekt. Gelukkig voor de Duster is dat in de rest van Europa minder het geval en zie je vooral in Frankrijk de Duster heel veel, met name op het platteland. En dat snap ik, want de basisformule deugt: het is en blijft een stoere, functionele, maar vooral betaalbare auto die tegen een stootje kan. Geen bluf–SUV, maar een pretentieloos werkpaard.

Een andere auto die ook niet op veel applaus kan rekenen onder het grote publiek, is de Skoda Yeti. Vooral die eerste generatie vond ik vanaf dag één een auto die klopte. Te vlot werd hij naar mijn smaak vervangen door een minder pure opvolger. Ook de Yeti was betaalbaar, goed doordacht, compact maar praktisch en functioneel. Beide zijn het utilitaire auto’s, geen showkarren met een fancy naampje, maar eerlijke types die doen waarvoor ze zijn ingehuurd: mensen en spullen vervoeren. Hoe ze dan heten, maakt mij niet uit: geen woorden maar daden, daar gaat het om. 

Wil je weten wat je allemaal in Autovisie magazine 24 kunt lezen, klik dan op deze link.

Dit lees je in Autovisie Magazine nummer 24!