De Renault 9 had geen ruimte voor Franse eigenzinnigheid
Voor elk nummer van Autovisie Magazine duiken we in ons archief en vertellen we het verhaal achter een auto die jaren geleden op onze cover stond. Ditmaal is dat de Renault 9.
Na de eigenwijze maar geflopte hatchback 14 gooit Renault het in de compacte middenklasse over een heel andere boeg. De gloednieuwe Renault 9 moet net als de 12 en 18 een speler op het wereldtoneel worden.
Robert Opron
De 9 is misschien wel de meest normale Renault tot dan toe. Designopperhoofd Robert Opron, bepaald niet vies van uitgesproken design, heeft de ontwerpafdeling bevolen zich flink in te houden. Dat levert een keurige sedan op, die zeker in een sportieve uitvoering best vlot oogt. En uitvoeringen zijn er veel: vrijwel iedere motorvariant heeft zijn eigen uitrustingsniveau, waardoor er een ondoorgrondelijk systeem van maar liefst 12 lettercombinaties achter de typeaanduiding ontstaat.
De 9 staat op een nieuw onderstel met ‘halve’ torsiestaven achter, waardoor de wielbasis in tegenstelling tot andere Renaults uit die periode links en rechts wél gelijk is. In het kader van de betrouwbaarheid grijpt Renault terug op de aloude ‘Cléon’-motoren en niet op de samen met PSA ontwikkelde ‘Douvrin’-reeks, die in voorganger 14 werd gebruikt. De 9 Turbo (bij ons nooit geleverd) krijgt de 1,4-liter uit de 5 Turbo en er is ook een 1.6 diesel leverbaar.
Auto van het Jaar
De wegligging van de 9 blijkt stevig en toch comfortabel, de motoren zijn bijzonder zuinig. Voeg daar het ruime interieur en de goede prijsstelling aan toe en het succes is verzekerd. Ook de pers is enthousiast en kiest de 9 in 1982 als Auto van het Jaar. Het jaar daarop komt een samen met Volvo ontwikkelde 1.7 beschikbaar en verschijnt de hatchback 11, herkenbaar aan zijn panoramische achterruit en een ander front met dubbele vierkante koplampen. Dit front word vanaf 1985 ook op de meest luxe 9’s toegepast.
Slechts korte tijd, want in 1986 volgt Phase 2, waarbij de 9 en 11 een nieuwe, gestroomlijndere neus krijgen aangemeten. Die vorm blijft gehandhaafd tot opvolger 19 eind 1988 het stokje overneemt. Maar dat is niet het einde voor de Renault 9. In Turkije, Taiwan en verschillende Latijns-Amerikaanse landen in is de 9 mateloos populair en krijgt hij zelfs een derde facelift. De laatste 9 loopt pas in 2000 in Turkije van de band. Minder succes heeft de Amerikaanse versie Alliance, waarvan ook een tweedeurs Coupé en Cabriolet verschijnt. Die houdt het maar uit tot 1987.
Aanbod en prijzen
Na het roestdebacle van de Renault 14 gaat Renault vanaf de 9 aan de slag met (deels) verzinkte carrosserieën. De 9 roest dan ook nauwelijks, met als gevolg dat er nog relatief veel exemplaren, hoewel vaak afgeleefd, behouden zijn gebleven. Je vindt ze vooral in Frankrijk. Daar moet je dus zoeken als je in de markt bent voor een 9, in Nederland staan er slechts twee te koop. Wel voor schappelijke bedragen, tussen de 2500 en 3500 euro. Wij zouden in Frankrijk een leuke 1.7 GTX Phase 1 (1985, 2300 euro) of een zeldzame Turbo Phase 1 (1985, 8500 euro, 22.000 km) gaan halen.