Autovisie Nieuws 21 feb 2015, 12:02

Leestijd: 2 minuten

“De Audi RS4 Cabriolet is voor dikdoeners”

Onmetelijke hoofdruimte en een heerlijk hamerde achtcilinder lijken de unique selling points van de Audi RS4 Cabriolet, maar in 2006 vroeg Autovisie zich juist af: “Wie zit er in vredesnaam te wachten op een ruim 120.000 euro kostende vierwielaangedreven cabrio met 420 pk?”

“Is het een auto voor lieden die in een hotel altijd een suite wensen en met een simpele kamer met zeezicht geen genoegen nemen?”, schreef testredacteur Werner Budding. “Of is de berijder van een RS4 Cabriolet gewoon een kerel die slecht kan kiezen tussen veel vermogen en wind door de haren?” Een dag sturen rond en op het Italiaanse circuit Autodromo Vallelunga leverde een antwoord op.

Dat Audi überhaupt met een dakloze RS4 op de proppen kwam, had alles te maken met de concurrentie van BMW en Mercedes-Benz. Die oogsten verkoopsucces met respectievelijk de M3 Cabrio en CLK AMG Cabrio. Dus hing het merk met de ringen zijn fabuleuze V8 in de A4 Cabriolet, met als resultaat een auto die lang niet het extreme karakter van de RS4 sedan en Avant had.

“Een RS4 hoort een Avant te zijn”

“De Cabriolet [is] ten opzichte van de sedan en de Avant flink aan de maat”, merkte Budding op, “om niet te spreken van corpulent: hij is respectievelijk 195 en 135 kilo zwaarder, en dat voel je.” Vooruit, de gespierde Audi was er slechts 0,1 seconden langzamer door (4,9 seconden naar 100 km/h in plaats van 4,8), maar toch hoorde hij meer thuis op de boulevard dan op het circuit.

“Denk niet dat je anoniem langs een gevuld terras kunt toeren”, waarschuwde Budding. “De heftige lichtmetalen wielen en uitgeklopte wielkuipen zullen samen met de diepe brom van de V8 alle aandacht opeisen.” Het oordeel kwam dan ook niet uit de lucht vallen. “Auto voor dikdoeners, niet voor puristen. Een RS4 hoort een Avant te zijn: een messcherpe sportwagen met een lifestyle koetswerk.”

Klik hier om het originele artikel te bekijken