Autovisie Nieuws 3 jun 2020, 09:55

Leestijd: 3 minuten

Elektrische Lotus Evija hypercar moet eind dit jaar komen

Nog dit jaar gaat Lotus de eerste exemplaren van de volledig elektrische Evija in productie nemen én afleveren. Dat heeft de Engelse sportwagenbouwer zich ten doel gesteld.

Daarmee zijn de Engelsen een van de eerste merken die een volledig elektrisch aangedreven model in het hypercarsegment introduceren. Automobili Pininfarina, Rimac en Hispano Suiza kondigen ook hun elektrische hypercar voor eind dit jaar aan. Het is de vraag wie als eerste het segment van de kostbare, razendsnelle, zeer potente elektrische sportwagens betreedt.

Introductie Evija

Ziet Lotus de marktintroductie van zijn Evija ook als een race met de genoemde modellen? “Het is inderdaad opvallend dat er meerdere merken met een elektrische hypercar komen, maar met een wedstrijd om als eerste te zijn, zijn we niet bezig. Toen we aan het project begonnen, wisten we van de komst van de Mercedes-AMG One, de Aston Martin Valkyrie, de Rimac One en de Koenigsegg af. We dachten dat dat de concurrentie zou worden, maar dat is niet meer zo, zo blijkt. We laten ons niet leiden of afleiden door de andere spelers. Ons doel is onze auto dit jaar afleveren en dat gaat gebeuren. De eerste validatie-auto’s zijn nu op de weg en de productie begint spoedig”, zo legt productverantwoordelijke Gavan Kershaw uit.

Verkoopproces is uniek

Volgens Kershaw is het productievolume voor 2020 en een deel van 2021 reeds vergeven. Om hoeveel exemplaren het gaat, zegt hij niet. Lotus bouwt slechts 130 stuks van de Evija en dat volume zal door het merk ook daadwerkelijk gerealiseerd worden. “Elk verkoopproces is uniek. Sommige kopers komen naar de fabriek in Hethel, anderen sturen een adviseur. De grootste kopersgroep zit in de Verenigde Staten, wat onze belangrijkste markt is. Vanuit China en Europa is er eveneens veel animo.” Hij wil de klanten niet te lang laten wachten. “Klanten willen rijden en wij moeten leveren. Er zijn veel hypercars op verschillende autoshows gepresenteerd, maar er rijdt er nog geen een van. Daar willen we niet bij horen. Wij komen onze afspraken na en richten ons volledig op het Evija-project.” Daarmee geeft Kershaw ook aan dat er nog geen vervolg aan de Evija wordt gegeven, bijvoorbeeld in de vorm van een open variant.

Vertrouwen

Voor Lotus is het belangrijk dat de Evija wordt uitgeleverd. In het verleden heeft het Engelse sportwagenmerk tal van projecten aangekondigd die nooit het levenslicht zagen. Het was in veel gevallen te wijten aan de vele managementwisselingen. Maken die situaties het moeilijk om met Lotus het vertrouwen van de klant te winnen? “Als er een moment is dat we onze afspraken kunnen nakomen, is het nu wel. De samenwerking met onze aandeelhouders is heel sterk, zowel met Etika (49% aandeelhouder) als met Geely (51%). De investeringen in bijvoorbeeld de productontwikkeling en fabriek zijn duidelijke doelen. Ook in deze moeilijke tijd, vanwege het coronavirus, uiten beide vertrouwen en zorgen zij ervoor dat de ontwikkeling doorgaat, zij het vanuit huis. Dat was enkele jaren geleden absoluut niet mogelijk.”

Meerderheidsbelang

Lotus kondigde de Evija in 2019 aan. Het project liep toen al ruim een jaar. Het startte direct nadat Volvo’s moederconcern Geely een meerderheidsbelang in de sportwagenbouwer nam. “Geely wilde gelijk het potentieel van Lotus aantonen. Het bedrijf staat voor technologie en om dat uit te dragen werd de Evija bedacht. Het is een statement, de halo car van Lotus. Met de elektrische hypercar geven we aan waar het merk naar toe gaat en laten we zien waartoe de Lotus-techneuten in staat zijn. De Evija ontstond op een leeg vel papier. We besloten om geen sportwagen met een top van 500 km/h of een acceleratietijd van twee tellen voor 0-100 km/h te maken. Het moest een hypercar zijn waarin je met plezier rijdt. Typisch Lotus, maar dan in een andere dimensie. Je kunt er hard mee rijden, leuk mee rijden en veel rijplezier aan beleven, ook al houd je je aan de maximum snelheid. En wijzelf leren veel van de technologie.”