Elektrische scooter steeds populairder, Autovisie doet test!
De elektrische scooter is aan een flinke opmars bezig. Bijna 1 op de 8 verkochte nieuwe scooters in 2019 is elektrisch. Dat blijkt uit cijfers van Rai Vereniging en Bovag.
Vorig jaar was het aandeel van elektrische scooters in de nieuwverkopen 9,1 procent. Dit jaar ligt dat cijfer in dezelfde periode (januari t/m oktober) op 14,7 procent. In totaal werden er 4.321 elektrische snorfietsen (15,1 procent) en 2.086 elektrische bromfietsen (13,9 procent) verkocht. En dus elektrificeert die sector een stuk sneller dan de autobranche. Daar ligt het marktaandeel van elektrische auto’s momenteel op 9 procent.
Milieuzone
Vooral in Amsterdam wint de elektrische scooter aan terrein. Grote reden daarvan is de introductie van een milieuzone in 2017, waardoor oude benzinescooters geweerd worden uit de binnenstad. Meer dan een kwart (27,1 procent) van de nieuwe scooters is in onze hoofdstad elektrisch aangedreven. Utrecht, Rotterdam, Den Haag volgen, met respectievelijk een aandeel van 12,4, 9,8 en 7,9 procent.
Reden voor die snelle groei is volgens Peter Niesink, algemeen directeur van Bovag, vooral een kwaliteitsimpuls. “De elektrische scooter piekte jaren geleden kort na introductie, maar door kwaliteitsproblemen nam de populariteit af. Nu ook de A-merken zich in dit segment zijn gaan begeven en de accucapaciteit toeneemt, lijken alle obstakels overwonnen.”
Autovisie Magazine
Of dat ook echt zo is, heeft de redactie van Autovisie getest. Het aanbod van e-scooters is sowieso groot en zeer gevarieerd. In het magazine dat nu in de winkel ligt (nummer 23) onderzoeken we of elektrische tweewielers echt een goed alternatief zijn voor dagelijkse, korte forenzenritten. We reden een week lang op twee verschillende elektrische scooters: de Niu N1S en de Electric Dutchman. Beide modellen hebben een actieradius van minstens 50 kilometer en kunnen daarom het vervoersmiddel zijn voor een serieuze afstand. Wil je over onze bevindingen lezen, lees dan nu het verhaal in het magazine!
Fotografie: Jerome Wassenaar