Autovisie
Autovisie Nieuws 17 jan 2015
Leestijd: 5 minuten

Elfduizend kilometer door Amerika

Wat is het recept voor een epische road trip? Zijn ingrediënten als achterwielaandrijving, een cabriodak en honderden pk’s noodzakelijk? Beslist niet! Meer dan een Mazda 2 en elfduizend kilometer Amerikaans asfalt had ik niet nodig.

Bison op de weg in Yellowstone National Park

Als ik de sleutels van de kleine rode Mazda in mijn handen gedrukt krijg, heb ik er al een hele reis opzitten. Ik ben de Atlantische Oceaan overgestoken als passagier op een Pools vrachtschip en ben meegevaren de Saint Lawrence Seaway op: langs Quebec en Montreal, over Lake Ontario en Lake Erie naar Cleveland, Ohio. Van daaruit heb ik de Capitol Limited naar Chicago, Illinois genomen, een nachttrein van spoorwegmaatschappij Amtrak die uiteindelijk met vijf uur (!) vertraging aankwam.

Na twee dagen rondwandelen in de Windy City, pik ik de Mazda op bij O’Hare International Airport en zet ik koers naar Mount Rushmore in South Dakota. Op het navigatiesysteem voer ik in dat ik tol- en snelwegen wil vermijden en daarna rol ik op mijn dooie gemak de stad uit. Al gelijk merk ik dat rijden in de VS buitengewoon ontspannend is. Amerikanen rijden rustig, voorzichtig en schijnbaar niet gehaast of agressief.

“De ‘suburbs’ zijn onwerkelijk en bovenal ongelofelijk saai.”

De buitenwijken van Chicago strekken zich voor me uit. Ik passeer buurten met namen als Highland Park, Lake Forest en Oak Lawn, die bestaan uit zielloze straten, eenvormige huizen en akelig kort en net gemaaid gras. Rechts van mij glijdt de ingang naar een heuse ‘gated community’ voorbij, een woongemeenschap met een hoge muur eromheen en een beveiligde poort. De ‘suburbs’ zijn onwerkelijk en bovenal ongelofelijk saai.

Het landschap verandert als ik de staat Iowa inrijd. De wegen zijn er niet meer recht, maar draperen zich weelderig over prachtig groen begroeide heuvels. Ik baan me door een omgeving van rivieren, bossen, dorpen, kerken, restaurants, autobedrijven en steeds meer tractordealers. Ik kom onderweg een stuk of twintig zwarte koetsen tegen. Op de bok zitten archaïsche figuren: mannen met baarden en donkere overalls, vrouwen in zwarte jurken met witte kappen. De Amish.

“Op de radio klinkt een tornadowaarschuwing.”

De volgende dag, halverwege Iowa, gebeurt waarvoor ik in Cleveland ben gewaarschuwd. Ik rijd de Great Plains op en weg zijn de heuvels, weg zijn de bossen en weg zijn de bochten. Het enige wat zich voor de neus van de Mazda uitstrekt zijn kaarsrechte stroken asfalt met aan weerszijden eindeloze weilanden en hier en daar een boerderij. Ik word het zat en besluit toch maar de Interstate op te zoeken.

Pas vele honderden kilometers verderop, in de staat South Dakota, wordt de omgeving weer interessant. De prairies beginnen, glooiende vlakten begroeid met niets anders dan gras en hier en daar wat lage struiken. De hitte is intens. Volgens het weerbericht ligt de gevoelstemperatuur buiten op 107 graden Fahrenheit, zo’n 42 graden Celsius. Tegen zes uur heb ik het gehad en neem ik een motel langs de snelweg. Op de radio klinkt een tornadowaarschuwing.

In de dagen erna voert de Mazda me naar het Badlands National Park, Ellsworth Airforce Base, Mount Rushmore, Crazy Horse Memorial en Devils Tower. Het wagentje blijkt voor Amerikanen intussen een kleine attractie te zijn. Als ik in Yellowstone National Park sta te tanken, komt een oudere dame naar me toe. “What kind of car is that?”, vraagt ze me. “It’s cute!” Ik krab op mijn hoofd. We hebben het hier over een Mazda 2 toch?

Via Grand Teton National Park stuur ik naar de woestijn van Idaho. Onderweg passeer ik wat lijkt op een militaire installatie. Het is het Idaho National Laboratory, de plek waar ooit de eerste nucleaire reactor en de eerste atoomonderzeeër werden ontwikkeld. Ik moet in de remmen voor een voorbij rollende ‘tumble weed’ en in de verte spot ik een ‘dust devil’, een stoftornado. Op de radio zingen countryartiesten over pick-up trucks, ijskoud bier, minirokjes en traditionele waarden.

“De Mazda blijkt voor Amerikanen een kleine attractie te zijn.”

Langs de surrealistische Bonneville Salt Flats – waar veel wereldsnelheidsrecord sneuvelden – koers ik naar Salt Lake City, Arches National Park en Monument Valley. Ik besluit met de Mazda af te dalen in de vallei. Asfalt maakt plaats voor zand, gravel en rotsen. Ik knijp hem behoorlijk als ik na een paar uur terugga naar het bezoekerscentrum. De Mazda moet een steile helling op en heeft nauwelijks tractie op de mulle ondergrond. De wielen slaan door, maar op één of andere manier is er genoeg grip.

De Mazda is ondertussen mijn maatje geworden. Toegegeven, de 100 pk van zijn 1,5 liter viercilinder houdt in de bergen niet over en de viertrapsautomaat is wispelturig en traag, maar dat deert niet. De 2 is een fijn karretje om in te rijden en bewijst dat kleine autootjes al lang niet meer alleen geschikt zijn voor stadsverkeer. Hij vreet gulzig de kilometers op en slikt bij het tankstation maximaal 20 euro aan benzine. Iets waarover mannen met dorstige pick-ups me regelmatig geïnteresseerd aanspreken.

In vier weken tijd draagt de Mazda me bijna elfduizend kilometer ver. Na Monument Valley volgen Las Vegas, Hoover Dam, White Sands, Roswell, Albuquerque en Ammarillo. De nieuwe indrukken volgen elkaar snel op. In Vegas is het 45 graden en stikt het van de gecamoufleerde BMW’s, in Roswell is het International UFO Museum te idioot voor woorden en in Ammarillo zie ik van dichtbij een aantal B1-B Lancer-bommenwerpers touch-and-go’s maken op de landingsbaan van het Rick Husband Airport.

“Ik ben zes weken van huis geweest, maar wil niet terug.”

De ontzagwekkende Gateway Arch in St. Louis, Missouri markeert de overgang van het westen naar het oosten en betekent voor mij bijna het einde van mijn reis. Ik draai mijn Japanse metgezel van de snelweg af en rijd binnendoor naar Chicago. Het regent voor de eerste keer in vier weken. Verscholen achter druppels op de ramen glijden akkers, graansilo’s en werkeloze sproei-installaties voorbij.

Chicago’s O’Hare Airport ligt als een dreigende aanwezigheid achter de horizon. Met lood in mijn schoenen kom ik dichterbij. Ik ben zes weken van huis geweest, maar wil niet terug. Veel liever blijf ik rijden, van oost naar west en van noord naar zuid. Als de Amerikaanse roadtrip is verworden tot een cliché, dan wil ik niet origineel zijn. Geef mij een stuur, een automaat, cruise control en duizenden mijlen geel gestreept asfalt. Geef me een Mazda, of de volgende keer misschien een Mustang.

Foto’s: Remco Slump

Foutje gezien? Mail ons. Wij zijn je dankbaar.

Het interessantste autonieuws rechtstreeks in je inbox

Meld je aan voor de Autovisie nieuwsbrief, dan praten wij je ieder weekend bij over het interessantste autonieuws.