Autovisie Nieuws 5 feb 2015, 18:24

Leestijd: 3 minuten

De Bugatti van Ralph Lauren om je pols

Tuurlijk, als je dan toch een klassieke Bugatti van 35 miljoen euro in je bezit hebt, waarom zou je dat dan niet uitventen? En dus tekende modeontwerper Ralph Lauren een horloge dat geïnspireerd is op zijn Type 57SC Atlantic Coupé uit 1938, de Skeleton Automotive Watch.

Het lijkt bijna een wetmatigheid: autoliefhebbers houden van horloges en horlogeliefhebbers houden van auto’s. Waarschijnlijk delen ze een passie voor mooie techniek en triggert de aanblik van een prachtig ontworpen achtcilinder lijnmotor uit de jaren dertig dezelfde hoeveelheid dopamine als het in werking zien van tere radertjes in een fijn uurwerk. En dat heeft Ralph Lauren uitstekend begrepen.

“Het lijkt een wetmatigheid: autoliefhebbers houden van horloges”

Vandaar dat hij zijn Skeleton Automotive Watch ‘openwerkte’ om op die manier de mechaniek er achter in de etalage te zetten. Voor het algehele ontwerp van het horloge liet Lauren zich naar eigen zeggen inspireren door de dashboardinstrumenten van zijn Bugatti Type 57SC Atlantic Coupé. Zo is de houten ring om het glas gemaakt van ‘Amboyna burl’, een peperdure houtsoort die ook in het interieur van Laurens zeldzame klassieker is gebruikt. Wat het klokje kost? Ahum… 28.700 euro!

Zie het als een investering. Horloges van dit kaliber houden hun waarde of stijgen zelfs in prijs. Echter, zo bont als zijn automobiele inspiratiebron zal de Skeleton Automotive Watch het waarschijnlijk niet maken. Om een voorbeeld te geven van de explosieve koers van de Bugatti Type 57SC Atlantic Coupé: in 1971 kocht ene Peter Williamson chassisnummer 57374 – beter bekend als de ‘Rothschild-auto’ – voor 59.000 Amerikaanse dollar. Meer dan dertig jaar later deed hij hem weer van de hand voor niet minder dan 36 miljoen dollar.

Het exemplaar van Lauren – chassisnummer 57591, de ‘Pope-auto’ – is de derde en laatste Type 57SC Atlantic Coupé ooit gebouwd en vermoedelijk nog de meest originele. Zo won de zwarte Bugatti diverse prijzen op onder meer het Concours d’Elegance van Pebble Beach en Villa d’Este. Lauren kocht het topstuk van zijn verzameling in de jaren tachtig en besteedde twee jaar aan de restauratie van de allereerste supersportwagen ooit.

Want zo mogen we de Type 57SC Atlantic Coupé gerust noemen. De Franse vierwieler debuteerde op de autoshow van Parijs in 1935 als Electron Aerolithe Prototype. Het model maakte een verpletterende indruk met zijn druppelvorm, zijn sterk naar achteren gekantelde voorruit en zijn geprononceerde vin, die als een ruggengraat over de Bugatti loopt.

De concept was vervaardigd van Electron, een legering van magnesium en aluminium die weliswaar sterk en licht was, maar ook zeer licht ontvlambaar. Hierdoor was het niet mogelijk de carrosserie te lassen en daarom gebruikte Bugatti klinknagels om panelen aan elkaar te bevestigen. Iets wat uiteindelijk bijdroeg aan het unieke uiterlijk van de auto.

De Electron Aerolithe Prototype was een sensatie, maar tot teleurstelling van Bugatti werden er slechts drie orders geschreven. De productieversie, die door het leven ging als Type 57SC Atlantic Coupé, werd opgetrokken uit gewoon aluminium en kreeg een 210 pk sterke 3,3 liter achtcilinder lijnmotor met supercharger, die goed was voor een topsnelheid van 210 km/h.