Covermodel: Sunbeam Harrington Le Mans – Heeft zijn root(e)s in de autosport
Niet zo lang geleden figureerde de open Sunbeam Alpine hier, maar nu is het de beurt aan zijn zeldzame, dichte broer, de Sunbeam Harrington Le Mans.
De Sunbeam Harrington Le Mans is geen regulier model dat bij Sunbeam van de band rolde, maar een door carrosseriebouwer Harrington omgebouwde roadster, voorzien van een glasfiber coupédak.
Sunbeam Harrington
De keuze om een Alpine aan te passen was niet zo gek, aangezien Harrington al gespecialiseerd was in verkoop, tuning en accessoires van producten uit de Rootes-group.
Covermodel: Volkswagen Passat (B1) – de basis voor een legendarisch model
Dat Sunbeam vertrouwen heeft in de kwaliteit, blijkt wel uit het feit dat de coupé via enkele geselecteerde dealers kan worden besteld en dan zijn volledige fabrieksgarantie behoudt.
De aanpassingen zijn vrij ingrijpend. De achterzijde wordt gereconstrueerd om het dak te laten passen en het kofferdeksel ingekort. Eenmaal geconverteerd is
het dan ook niet zo eenvoudig om de Alpine weer in zijn oorspronkelijke staat terug te brengen.
Covermodel: Datsun Cherry – bewandelen de Chinezen hetzelfde pad als de Japanners?
Maar waarom zou je dat willen? De Harrington ziet
er smakelijk uit en heeft wel wat weg van een kleine Aston Martin DB4.
Harrington Le Mans
Nadat een Harrington Coupé enig succes heeft gehad op Le Mans, wordt al snel een tweede variant uitgebracht, heel toepasselijk Le Mans gedoopt.
Ditmaal gaat de ombouw verder en wordt een totaal gerestylede achterkant gemonteerd, zonder staartvinnen en met een sterk naar beneden aflopende achterzijde, die is voorzien van een grote achterklep.
Vlak boven de bumper zitten aan weerszijden drie kleine, ronde achterlichtjes. Of het mooi is, blijft subjectief, maar exclusief is het zeker. De Le Mans wordt kant-en-klaar via de dealers verkocht en niet meer als ombouw op bestelling.
Covermodel: Volvo 360 Sedan, slaat een brug naar grote Volvo’s
De aantallen blijven echter laag: er worden ongeveer 250 stuks gebouwd, waarvan de helft naar de overzijde van de Atlantische Oceaan gaat.
Ondertussen blijft de reguliere Coupé leverbaar. Deze krijgt een aangepast dak met zijruiten en een derde deur, zoals de Le Mans die ook heeft, maar behoudt zijn vinnen.
Toekomst niet rooskleurig
Uiteindelijk volgt er een kleine, laatste reeks, gebaseerd op de Alpine Series III en IV. Hoewel Rootes een aandeel neemt in het familiebedrijf Harrington, ziet de toekomst er voor beide weinig rooskleurig uit.
Er vloeit geen extra werk uit voor de carrosseriebouwer, een flirt met Triumph wordt geen succes en in 1965 worden alle carrosseriewerkzaamheden gestaakt.
Geschat wordt dat er dan 384 Alpines zijn omgebouwd. De allerlaatste is een uniek exemplaar, een coupé op basis van de Tiger V8, die al jaren een legendarische status geniet binnen Alpine-kringen.
Aanbod en prijzen
Ondanks de lage productieaantallen zijn er nog wel een paar Harringtons Le Mans te vinden. Twee staan er in Zwitserland en één in Frankrijk. De prijzen liggen grofweg tussen de 50 en 90 mille.
In het VK gaat op 11 november een Le Mans met uitgebreide competitiehistorie onder de hamer. De opbrengst wordt geschat op 45.000 pond.
‘Gewone’ Harrington Coupés worden op het moment van schrijven niet aangeboden, maar het prijsniveau van eerder verkochte auto’s ligt op of zelfs nog boven dat van de Le Mans.