Deze proefritten moet je volgens Peter (minimaal) zien
Een woeste rallyheld, een Benz met Brabus-branie, een furieuze Franse 911, een Beiers familiewapen en een bloedmooie Alfa-man. In 2021 passeerden weer heel wat “spraakmakende klassiekers en bijzondere youngtimers” de Autovisie-rubriek Peters Proefrit. Deze moet je (minimaal) gezien hebben volgens Peter.
Nissan Sunny GTI-R
Van deze vierwielaangedreven homologatiespecial zijn tussen 1990 en 1994 een kleine 15.000 exemplaren gebouwd, waarvan slechts 668 stuks als Sunny GTI-R met het stuur aan de linkerkant! De 2,0-liter viercilinder turbomotor mocht 220 pk en 267 Nm afvuren op zijn permanente vierwielaandrijving. Hij sprintte in de praktijk binnen zes tellen naar 100 km/h, waarmee hij reputaties van sportauto’s verpulverde. Hij doet niets onder voor de gekende rallygrootheden van Lancia, Subaru, Ford, Toyota of Mitsubishi. Dat alles verpakt met het bescheiden plaatwerk van een normaliter oersaaie Sunny. Juist dát maakt deze Nissan zo geweldig.
Mercedes-Benz 600 SEC Brabus 6.9
Begin jaren negentig blies Mercedes-Benz de concurrentie weg met de W140. De S-Klasse was de veiligste, krachtigste en modernste auto van dat moment. In 1993 besloot de kersverse Nederlandse eigenaar van een 600 SEC om direct met zijn ruim 400.000 gulden kostende coupé naar Bottrop te rijden. Bij Brabus tikte hij nog eens 125.000 gulden af om tot deze uiterst exclusieve uitvoering te komen, waarvan naar verluidt twee stuks zijn gemaakt. De 6,0-liter werd opgeboord tot 6,9-liter. Dat bracht het vermogen van 394 pk naar 509 pk, terwijl het koppel toenam van 570 Nm naar 690 Nm. Daarmee denderde hij door tot 304 km/h en de kolos haalde binnen zes tellen 100 km/h. Bijna 30 jaar geleden heel extreem.
Alpine A610 V6 Turbo
Van deze Franse Porsche zijn tussen 1991 en 1995 maar 818 exemplaren gebouwd. Een zeldzaamheid en dat is niet zo verwonderlijk. In Nederland kostte hij bijna 170.000 gulden, terwijl een 911 Carrera maar een fractie duurder was. Dit is de meeste doorontwikkelde en bloedmooie variant. Achter de achteras bungelt een 3,0-liter V6-motor met turbo en 250 pk. In minder dan zes tellen roffelt hij naar 100 km/h en door zijn formidabele stroomlijn is 265 km/h haalbaar. Door de motor achterin is het weggedrag uitdagend. De besturing bruist in de handen. Met gevoel, een stroperige weerstand en precisie spreekt het sportstuur een taal die Lotus-rijders ook zullen begrijpen. Puur en duidelijk. Een ondergewaardeerde auto.
BMW M5 Touring
BMW wilde vlak na de millenniumwisseling zijn inspanningen in de Formule 1 benadrukken en om die reden kreeg de M5 een V10. Net als de racers in de koningsklasse. De atmosferische vijfliter tiencilinder werd gekoppeld aan een sequentiële zevenbak om het rauwe racegevoel te versterken. In totaal zijn er van deze generatie M5 ruim 20.000 exemplaren geproduceerd, waarvan slechts 1025 als Touring. De V10 is een meesterwerk op zich. Het vermogen van 507 pk komt prachtig geleidelijk vrij. Met een cleane, mechanische huil jankt hij door naar 8250 toeren per minuut. De respons is door de tien individuele gaskleppen fenomenaal en het geluid is voor omstanders nog beter dan voor de inzittenden. Wie het allemaal rustiger aan wil doen, zet de Power-knop uit voor ‘slechts’ 400 pk, kiest de softste demperstand en voelt hoe deze supercar transformeert naar een redelijk normale stationwagen. Toptechniek in dienst van de mens, op afroep beschikbaar om te knallen. Deze meest extreme M5 ooit is een verzamelstuk om te koesteren.
Alfa Romeo 156 GTA
Een bloedmooie sportsedan zelfs deels met de hand afgebouwd en voorzien van een door Maserati bewerkte variant van de klassieke Busso-motor. In totaal zijn er een kleine 2000 exemplaren van de sedan gemaakt en minder 1700 stuks van de 50 kilo zwaardere stationwagen. De V6 met 250 pk is een bezienswaardigheid onder de kap. De prachtig verchroomde inlaatpijpen liggen daar verleidelijk over het blok gedrapeerd. De reactie op het gaspedaal is hartverwarmend direct en de klanken die eruit komen zijn waanzinnig mooi. Duister en dreigend bij weinig inspanning, terwijl de eindsprint naar de begrenzer begeleid wordt met een zwoele roffel. Daardoor vergeet je nooit met een GTA onderweg te zijn. En anders is een blik op het schitterende koetswerk genoeg. De uitgeklopte spatborden, de tijdloos fraaie wielen en de gespierde bodykit scherpen de prachtige basislijnen van de 156 aan. Het is dan ook een sportsedan die door zijn looks, zeldzaamheid en prestaties de GTA-badge helemaal waard is.
Lees ook:
Ook interessant
-
BMW M5 Touring: loodzwaar, enorm sterk en goedkoper dan M3
-
Je raadt nooit welk merk deze Abarth 124 Spider bouwde
-
De Aston Martin Vantage is nu volwassen, maar niet minder speels
-
Nieuw Frans merk toont plots een van de goedkoopste elektrische auto’s
-
BMW M4 CS vs. Ford Mustang Dark Horse: welke is de beste?
-
Rob bouwde een ultieme sleeper: Nissan Figaro met turbo!
-
De Mini Clubman is zo gek als een deur | Sjoerds Weetjes 425
-
Hardcore sportwagens: Honda S2000 vs. Opel Speedster
-
De BMW M5 Touring is niet voor de poes (en hond)
-
Rijtest alle Lamborghini V12’s: is de nieuwe Revuelto net zo goed?
-
Waarom de Ford Focus CC Pluvius haat | Sjoerds Weetjes 424
-
Hierdoor is de Mini Aceman een verrassend speelse crossover